Vlaamse energieheffing: geïndexeerde bedragen voor 2020
Nieuws - 22/11/2019
-
Auteur(s): Carine Govaert
Vanaf 1 januari 2020 betalen ondernemingen een iets hogere heffing op de afnamepunten van elektriciteit of ‘bijdrage Energiefonds’. Het heffingsbedrag wordt dan vermenigvuldigd met een factor van – afgerond – 1,029.
Voor de meeste particulieren verandert er niets.
| | | |
Laagspanning Residentiële afnemer
| | | |
Laagspanning Niet-residentiële afnemer
| | | |
| | | |
| | | |
De Vlaamse
heffing op de afnamepunten van elektriciteit wordt elk jaar geïndexeerd op basis van het indexcijfer van oktober van het voorgaande jaar en het indexcijfer van december 2017. Voor 2020 betekent dit dat het wettelijke bedrag wordt vermenigvuldigd met een coëfficiënt van 1,02912529550827. Dat is: het indexcijfer van oktober 2019 (108,83), gedeeld door het indexcijfer van december 2017 (105,75). Het resultaat wordt afgerond op 2 cijfers na de komma.
De Vlaamse energiebijdrage wordt geïnd op elk punt waar er elektriciteit wordt afgenomen van het net. Het tarief hangt af van het type afnemer – residentieel of niet-residentieel – en van het spanningsniveau. Een residentiële afnemer is een natuurlijke persoon die gedomicilieerd is op het adres waar zich het afnamepunt bevindt. Alle andere afnamepunten worden beschouwd als ‘niet-residentieel’. Dus ook de afnamepunten op een tweede verblijf. Beschermde afnemers en Europese en internationale organisaties moeten geen heffing betalen.
U vindt de heffing op de afnamepunten van elektriciteit op uw energiefactuur onder de benaming ‘bijdrage Energiefonds’.
Van toepassing
Vlaams gewest. Vanaf 1 januari 2020.
Zie ook: