Kadastraal inkomen: fiscus publiceert revalorisatiecoëfficiënt voor aanslagjaar 2020
Nieuws - 19/04/2019
-
Auteur(s): Christine Van Geel
De
revalorisatiecoëfficiënt waarmee je de belastbare waarde van een onroerend goed kunt berekenen, is
voor het aanslagjaar 2020 vastgelegd op
4,57 (aanvulling
art. 1, KB/WIB 1992).
Het kostenforfait mag dus in 2019 niet meer bedragen dan (
art. 13, WIB 1992):
kadastraal inkomen van het onroerend goed x 4,57 x 2/3.
De revalorisatiecoëfficiënt is ook van belang als je als bedrijfsleider (alleen bestuurders, zaakvoerders, vereffenaars of gelijksoortige functies) een woning verhuurt aan uw vennootschap. Als je huurinkomsten een bepaald bedrag overschrijden, worden ze geherkwalificeerd als bezoldigingen.
Je kunt het drempelbedrag voor 2019 berekenen met volgende formule (
art. 32, 2de lid, 3°, WIB 1992):
kadastraal inkomen van het verhuurde pand x 4,57 x 5/3.
De revalorisatiecoëfficiënt steeg de laatste jaren geleidelijk, enkel voor het aj. 2011 is er een lichte daling.
Ook de revalorisatiecoëfficiënt voor het aj. 2020 is gestegen ten opzichte van die voor het aj. 2019.
In werking:
- ■
het ‘KB van 3 april 2019’ is van toepassing voor het aanslagjaar 2020.
- ■
het wijzigt het KB/WIB 1992 op het stuk van de revalorisatiecoëfficiënt voor kadastrale inkomens.
Zie ook: