tel. 015 78 7600
of klant.BE@wolterskluwer.com

Interesse?

Wenst u meer nieuws, praktische informatie en wetgeving over vastgoed?


Referentierentevoeten voor goedkope of renteloze leningen aan werknemers en bedrijfsleiders in 2019

Nieuws - 21/02/2020
-
Auteur(s): 
Christine Van Geel


Als een werknemer een goedkope of renteloze lening krijgt van zijn werkgever, dan is dat een belastbaar voordeel.

In het KB van 17 februari 2020 staan de referentierentevoeten waarmee de fiscus de waarde van dat voordeel voor 2019 berekent.
Daarbij maakt de fiscus een onderscheid tussen vier types van leningen.
Er worden ook referentierentevoeten gebruikt als een bedrijfsleider via de kas of de rekening-courant geld opneemt uit zijn vennootschap.

Hypothecaire leningen met vaste rentevoet

Bij hypothecaire leningen bestaat het belastbaar voordeel uit het verschil tussen de referentierentevoet van het jaar waarin de lening werd gesloten, en de rentevoet die de ontlener werkelijk betaalt.
Voor de hypothecaire leningen die in 2019 werden aangegaan, bedraagt de referentierentevoet:
1,70% voor de leningen waarvan de terugbetaling gewaarborgd is door een gemengde levensverzekering; en
1,58% voor de andere leningen.

In 2018 bedroegen deze percentages 1,80% (met gemengde levensverzekering) en 1,70% (andere leningen).

Hypothecaire leningen met variabele rentevoet

Bij hypothecaire leningen met een veranderlijke rentevoet, toegestaan vanaf 1 januari 1995, wordt het voordeel berekend met de referte-indexen die elke maand in het Belgisch Staatsblad verschijnen.
Alle referte-indexen van 2019 worden nog eens opgesomd in de bijlage bij het KB van 17 februari 2020 dat de referentierentevoeten vastlegt.

Niet-hypothecaire leningen met vaste looptijd

Bij niet-hypothecaire leningen met een vaste looptijd, waarbij de leningsovereenkomst gesloten is na 31 december 1984, berekent de fiscus het belastbaar voordeel met een forfaitair maandelijks lastenpercentage of met het reëel jaarlijks lastenpercentage van het jaar waarin de lening werd gesloten.

Voor 2019 bedraagt het maandelijks lastenpercentage:
0,04%, als het geld bestemd was om er een wagen mee aan te kopen (0,05% in 2018);
0,12% voor alle andere leningen (0,14% in 2018).

Het reëel jaarlijks lastenpercentage wordt berekend met de formule: i = (p x 24 x n) / (n + 1), waarbij:
i = reëel jaarlijks lastenpercentage;
p = maandelijkse lastenpercentage; en
n = terugbetalingstermijn in maanden.

Niet-hypothecaire leningen zonder vaste looptijd

Voor de kaskredieten en de voorschotten op rekening-courant die in 2019 werden opgenomen, geldt een referentierentevoet van 8,78% (8,94% in 2018).

In werking

Het KB van 17 februari 2020 is van toepassing op de voordelen van alle aard toegekend vanaf 1 januari 2019.

Bron: Koninklijk besluit van 17 februari 2020 tot wijziging van het KB/WIB 1992, op het stuk van de voordelen van alle aard in geval van toekenning van een renteloze lening of een lening tegen verminderde rentevoet, BS 21 februari 2020.
Zie ook:
– Koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, BS 13 september 1993 (KB/WIB 1992) (art. 18, § 3 en Bijlage I, Afdeling 1).
Koninklijk besluit van 17 maart 2019 tot wijziging van het KB/WIB 1992, op het stuk van de voordelen van alle aard in geval van toekenning van een renteloze lening of een lening tegen verminderde rentevoet, BS 1 april 2019.